Sefken de Puitenslager de oudste Beverse reus
De idee om in de gemeente reuzen te maken bestond al enkele jaren want toen in 1952 de verharding van de Kasteeldreef werd ingehuldigd, ging op 23 maart 1952 ook een stoet uit. Hierin stapten eveneens twee reuzen mee en die hadden eigenlijk geen naam. En achteraf werd ook niet meer te weten gekomen wie ze had gemaakt of wie ze voorstelden. Raar maar waar, het stond ook nergens vermeld al bestond toen 'De Waasse Klok' waarin zowat alle nieuws te lezen stond. Alles over de inhuldiging van de Kasteeldreef maar niets uitleg over de reuzen.
Wellicht hebben ze maar een kortstondig leven gehad en werden ze kort na de stoet gedemonteerd. Strafste is wel dat zich niemand iets herinnerde. Ook hoe ze er uit zagen werd niet meer verteld. Feit is wel dat de Beverenaars eraan dachten toen ze een Beverse reus wilden maken. Ze wisten nog heel goed dat die twee reuzen uit de stoet veel bijval hadden.
In 1954 kwam er dus Sefken de Puitenslager en een paar maanden later volgden Diederik en Aldegonde. Sefken werd gemaakt door de familie Staes die op de Parochie woonde en waarbij Georges een voornaam kunstenaar was. Hij werkte de reuzenkop uit en gebruikte er gekneed papier voor.
Het woord puit is de streektaal voor een kikker. Sefken komt van Jefken maar in het Beverse dialect wordt de 'zj' als 's' uitgesproken. Het puitenslagen was een gelegenheidsberoep voor veel mensen uit de polderstreek die de rijken uit het Antwerpse bevoorraden met lekkere ‘puitenbillekes’ die een echte delicatesse waren. Zoals aan iedere inwoner van bijna elke Vlaamse gemeente wel een gemeenschappelijke spotnaam is toebedeeld, zo kregen de Beverenaars lang geleden dus de spotnaam Puitenslager.
Vroeger gingen hele Beverse gezinnen op jacht naar kikkers in de Beverse velden. Dit deden ze met een ‘wis’, dit is een lange wilgentak waarmee men met een ‘vorsen slag’ op de puiten sloeg, vandaar de naam Puitenslager. Het Puitenslaan was een welgekomen bijverdienste voor heel wat Beverse gezinnen en deze activiteit vonden we voornamelijk terug ter hoogte van de Donkerstraat, Klaveren Aas en Puithoek te Beveren, niet toevallig wijken die aan de Beverse polders grensden. En wanneer de Beverenaars bij de Antwerpse restaurants aankwamen met hun buit, kregen ze al snel de bijnaam ‘Puitenslagers’.
Bij het op jacht gaan naar die lekkere kikkers werd het ‘Puitenslagerslied’ gezongen dat heel toevallig dankzij wijlen Frank Ven in het bezit is gekomen van het feestcomité. Naar aanleiding van de 30ste Puitenslagersfeesten is dit lied terug op muziek gezet door Wim Van Hooste en zal dit jaar voor de eerste keer sinds jaren opnieuw gezongen worden. We vermoeden dat dit lied meer dan 100 jaar oud is, gezien de Franse invloeden en een zeer typerende tekst, namelijk ‘rata rataplan’ wat verwijst naar het onder tromgeroffel marcheren van Franse soldaten. Begin 19de eeuw zijn er heel wat liedjes waar ‘Rataplan’ in voorkomt.
Een tweede verklaring voor de spotnaam Puitenslager is een meer romantische, misschien niet direct historisch correcte uitleg, maar daarom niet minder leuk om te lezen. Beveren kende vroeger heel wat kastelen, waarvan er nu nog enkele bewaard zijn (Cortewalle, Hof Ter Saksen, Hof Ter Welle). Al deze kastelen hadden grote wallen. In de paartijd van kikkers was het dan ’s nachts een gekwaak van jewelste.
De kasteelheren en -vrouwen hadden het dan ook moeilijk om de slaap te vatten door al dat gekwaak. Ze huurden dan ‘Puitenslagers’ in om ’s nachts met hun ‘wis’ op het water te slaan, telkens er gekwaak te horen was. Hierdoor schrokken de kikkers en werd het al snel stil om en rond het kasteel. Vermoedelijk heeft deze activiteit af en toe bestaan, maar was deze niet voldoende verspreid om de aanleiding te zijn tot de spotnaam Puitenslager. Trouwens als de Puitenslager aan de ene zijde van het kasteel zat, kon hij de kikkers aan de andere kant van het kasteel niet doen zwijgen, of was er meer dan één Puitenslager per avond actief?
Het is een tijdje stil rond de Puitenslagers, tot plots in 1954 er een reus gedoopt werd met de naam Sefken De Puitenslager. Reus Sefken de Puitenslager is eigenlijk maar een jonge reus als je het vergelijkt met tal van andere Vlaamse reuzen. De geschiedenis van sommige reuzen gaat zelfs terug tot de 14de eeuw en misschien wel vroeger. Na de geboorte van Reus Sefken De Puitenslager zouden er nog een hele reeks reuzen ontstaan in Beveren die bijna allemaal, op uitzondering van twee, volkse activiteiten uit Groot-Beveren uitbeelden.
De oorkonde van de geboorte van Sefken de Puitenslager op 9 mei is op zichzelf al een stuk erfgoed. Er stond te lezen:
In het jaar onzes Heren negentienhonderd vierenvijftig, op de negende dag der bloemenmaand. Voor ons, Albert Noppe, dienstdoend burgemeester en schepen belast met de inschrijving van de geboorten, die zich voordoen op het grondgebied van de gemeente Beveren-Waas, bijgestaan door het schepencollege zijn verschenen:
Mevrouw Wilmer Pauwels - Van Mieghem, verpleegster, oud 30 jaar en de heer Leon Smet, beheerder oud 43 jaar, beiden wonende te Beveren-Waas, die ons hebben vertoond een reuzekind van het mannenlijk geslacht en verklaarden dat het, heden ten dage is ontvallen uit de schoot van zijn moeder Mie de Puitendoder, echtgenote van Cies de Puitenslager, beiden vermist.
Voornoemde aangevers, die tevens over dit weeskind het peter-en meterschap aangenomen hebben, verklaarden eveneens de nieuwe Beverenaar te willen laten inschrijven onder de name van Sefken de Puiteslager.
Deze verklaring en vertoning gedaan in bijzijn van Albert D’hooge, koster, 38 jaar enJan Staes, zonder beroep, oud 62 jaar, beiden wonende te Beveren-waas getuigen hiertoe door de aangevers aangezocht.
Waarvan akte dadelijk opgesteld, die de aangevers en de getuigen met ons hebben ondertekend, na gedane voorlezing en waarvan wij aan de peter en aan de meter een afschrift hebben overhandigd, bekleed met het blauwe en gele lint en met het gemeentezegel.
Dan volgden hier de handtekeningen.
Maar dat peter en meter hun taak ernstig dienden op te nemen blijkt uit een reglement waarin hun rechten en plichten duidelijk werden gestipuleerd:
Art.1: De peter en de meter zijn ertoe gehouden hun petekind een reuzenopvoeding te geven.
Art 2.: Ze zullen er voor zorgen dat hun kind een reuzenplaats verovert in het rijk der reuzen.
Art. 3: De peter en de meter zijn verplicht er over te waken dat hun kind de reuzenfamilie niet onwaardig wordt.
Art.4: Zij verbinden zich hun kind bij te staan om het een reuzenbekendheid te doen verwerven.
Art. 5: zij zullen er dus op letten dat hun kind regelmatig zijn reuzenwandeling maakt in optochten en ommegangen.
Art.6: De peter en de meter zullen er vooral aan hechten dat hun kind slechts een reuzendochter huwt.
En dan werd overgegaan tot de plechtige aanvaarding van het peter -en meterschap:
• ‘Madame Wilmer Pauwels - Van Mieghem, wilt gij op uw schouders nemen de zware last van het meterschap over de reus Sefken de Puitenslager? ‘
• -’Mijnheer Leon Smet, wilt gij op uw schouders nemen de zware last van het peterschap over de reus Sefken de Puitenslager?
• Zult gij hem opvoeden in eer en deugd tot zijn welzijn en tot groter eer en glorie van onze gemeente?
• Zult gij hem kond doen van de prachtige geschiedkundige woorden: ‘De Belgen zijn de dapperste onder alle Galliërs’ en over het spel en de drank?
• Zult gij hem leren van Pieter Brueghel en van zijn feesten?
• Zult gij hem doen smullen van de rijstpap en van het Vlaamse bier?
• Van onze Gueuze en onze Lambiek?
• Van onze patékes en frites?
• Van onze koeken met korrenten?
• Zult gij hem inwijden over onze talrijke gilden, bonden en clubs?
• Over onze schuttersgilden en duivenbonden?
• Over onze vogelpik - en biljartklubs?
• Over onze vogel - en voetbalklubs?
• Zult gij de reus, uw reus, onze reus leiden over onze kronkelende, flonkelende Beverse wegen en weggetjes? En verder nog door heel het Vlaamse land in ommegangen en processies tot grotere roem van onze gemeente?
• Dan aanvaarden wij uw meterschap en uw peterschap over onze Beverse reus ‘Sefken de Puitenslager’ en gaan onmiddellijk over tot de inschrijving in het Guldenboek.
Tot daar de officiële stukken van de geboorte van reus Sefken. (verzameld door Rolf Duchamps)