Een defibrillator voor OC ‘t Waaigat

Een defibrillator is een apparaat waarmee men door het toedienen van een elektrische schok het hart van een bewusteloze patiënt kan laten stoppen met fibrilleren. Als het hart uit de fibrillatie is kan het weer op gang worden gebracht door middel van hartmassage. De defibrillator werd in 1932 uitgevonden door William Kouwenhov.
Wanneer men in veel gevallen zéér snel start met reanimatie, d.w.z. mond-op-mond beademing en uitwendige hartmassage, én zéér snel een elektrische schok toedient, bestaat de mogelijkheid dat het hart opnieuw begint te kloppen.
Gemeenteraadslid Denise Melis –De Lamper juichte het initiatief toe maar keek toch verder naar andere plaatsen in de gemeente. Het is uiteindelijk toch iets om het leven van iemand te kunnen redden. Ze was de schenkers dan ook dankbaar. Ze vond dat het nu toch ook noodzakelijk om aan zoveel mogelijk mensen duidelijk te maken hoe dat ding werkt. Als men dat niet weet,dan is men met een defibrillator ook niets.
Er staat echter in een bijlage wel vermeld die de werking kenbaar maakt voor de mensen die daar dagelijks over de vloer komen. Er zullen zich zeker nog mensen voor ter beschikking stellen want de Raad van bestuur van ’t Waaigat kreeg er een brief over. Iedereen zal dus volgens het raadslid de technieken e.d. moeten kennen om het toestel goed te gebruiken als dat nodig is.
Het sp.a –raadslid vroeg ook om er over na te denken om zo’n toestel bijvoorbeeld ook in de sporthal te plaatsen. Burgemeester Willy Minnebo noemde dat inderdaad een optie die zou kunnen genomen worden waarover het college zelf een paar jaren geleden, al over gesproken heeft. Toen werd de aanschaf echter niet weerhouden. Nu achtte de burgemeester het wel mogelijk om het zelfs ook in het gemeentehuis aan te brengen.
Wat het gebruik van het toestel betreft, is het wel zo dat het voorzien is van een installatie die aangeeft wat men moet doen op het moment zelf van het voorval. Er een boekje bijnemen en er in bladeren om te zien hoe het functioneert, dat kan niet. Vanaf het ogenblik dat men het gaat gebruiken, worden de richtlijnen meegedeeld. De gemeente neemt nu wel in overweging om op plaatsen waar veel mensen samenkomen, het daar ook aan te bieden. (Rolf Duchamps)