Inval bij Eendracht Zele

ZELE. Vandaag, vrijdag 22 april, raakte bekend dat de Bijzondere Belastinginspectie (BBI) een inval deed bij Eendracht Zele (4de klasse). Ook Olsa Brakel (3de klasse) liep vorig jaar tegen de lamp. Voor N-VA-Kamerlid Brecht Vermeulen is het logisch dat ook voetbalclubs, net als andere bedrijven, gecontroleerd worden. Toch waarschuwt hij dat dit niet mag leiden tot een heksenjacht op alle sportclubs.

"Zwart geld is een oud zeer in het voetbal. De sportwereld verwitten is een gedeelde verantwoordelijkheid van sportbonden, clubs, spelers én politiek.", klinkt het.

Zwart geld en fraude wijzen dikwijls op geldtekorten. Clubs die het bedrijfseconomisch moeilijk hebben, zijn kwetsbaarder voor zwart geld en fraude. Uit verschillende parlementaire vragen blijkt dat meer clubs uit de lagere reeksen dan uit de hoogste twee klassen achterstal hebben met RSZ, btw en bedrijfsvoorheffing. "Alle zelfstandigen en ondernemingen krijgen controles van de btw en belastingen. Dan is de voetbalwereld daar logischerwijs niet van vrijgesteld. En waar fraude vermoed wordt, moet de BBI optreden. Als het maar geen heksenjacht wordt", zegt Vermeulen.
Tot vorig jaar was er bij de BBI geen initiatief om over het hele land grootschalige acties bij voetbalclubs te ondernemen. Nu zijn er beweringen dat de BBI vijf voetbalclubs per provincie zou willen controleren. "Deze praktijken zijn mij in elk geval niet bekend. Ik zal via een parlementair initiatief bij de minister van Financiën nagaan of deze informatie klopt", aldus Vermeulen.

Een aantal jaren geleden werd een licentiesysteem ingevoerd voor ploegen uit eerste en tweede klasse. Die moeten daarin onder meer met attesten bewijzen dat ze geen achterstal hebben tegenover de KBVB, de RSZ, de btw, de belastingen, de gemeente,… Vanaf volgend jaar zullen ook de clubs in de Amateurliga 1 een licentie moeten hebben, die natuurlijk op een aantal domeinen minder streng is dan voor de eerste klasse A en eerste klasse B. "Door de invoering van het licentiesysteem zorgt de Voetbalbond voor een autocontrolesysteem en is het achterstalprobleem bij de voetbalclubs in eerste en tweede klasse nagenoeg verdwenen", legt Vermeulen uit. "Ik ben dan ook voorstander om dit systeem gradueel door te trekken tot aan de provinciale reeksen - niet tot in provinciale. Bij zo’n licentiesysteem zouden clubs op zijn minst moeten kunnen bewijzen dat ze geen gecontesteerde achterstanden hebben bij fiscale en parafiscale instellingen. Daarnaast moeten ze een boekhouding voeren, waarbij iemand het waarheidsgetrouwe karakter verifieert."

Dat er zwart geld omgaat in het voetbal, is geen nieuw gegeven. In 2012 was er een ophefmakende Panorama-uitzending die dit aantoonde. "Als we nu vaststellen dat er te weinig stappen zijn gezet om dit probleem weg te werken, is dit een gedeelde verantwoordelijkheid van verschillende actoren", stelt Vermeulen. "Ten eerste is er de Belgische Voetbalbond: 3,5 jaar na de beruchte Panorama-uitzending heeft de Voetbalbond een aantal maatregelen uit haar zevenpuntenplan nog niet aangepakt. Daarnaast zijn er de clubs en spelers, die doorgaans wel weten dan hun praktijken illegaal zijn. Soms gaat het om onschuldige zaken. Soms gaat het over manifeste fraude. Tot slot moet de politiek, als wetgever, rigide wetgeving versoepelen. Zo geeft de huidige wet op het vrijwilligerswerk problemen voor vrijwilligers die actief zijn in de sportsector."
Voor dit laatste thema heeft Vermeulen, samen met zijn collega Jan Spooren, een wetsvoorstel klaar dat het voor vrijwilligers gemakkelijker maakt om meer vrijwilligerswerk te doen zonder het plafond van de onkostenvergoedingen te overschrijden. "Momenteel is het zo dat de jaarvergoedingen vastgelegd zijn op ongeveer 1.300 euro per jaar. Wij willen dit optrekken naar 52 keer de maximale dagvergoeding. Voor 2016 zou dit tot een stijging van 400 euro per jaar leiden.
In ons wetsvoorstel hebben we maximaal rekening gehouden met alle bestaande adviezen over de vrijwilligerswet, zoals deze van de Nationale Arbeidsraad (NAR), de Hoge Raad voor de vrijwilligers en de studie van de Koning Boudewijnstichting", besluit Vermeulen. (Rolf Duchamps)