Provincie vraagt aandacht voor de processierupsen
De eikenprocessierups kan een nadelig effect hebben op de volksgezondheid. Immers, na contact met de brandharen van deze rupsen kan jeuk, huiduitslag of irritatie aan de ogen of luchtwegen optreden. Dat hoeft niet enkel bij rechtstreekse aanraking van de rupsen of hun nesten, maar kan ook door verspreiding van deze haren bij winderig weer in gebieden waar de rups talrijk voorkomt.
De bestrijding van de rups is een bevoegdheid van de lokale besturen. De provincie bestrijdt enkel op haar eigen domeinen, maar vervult wel een belangrijke coördinerende rol in de bestrijding en/of aanpak van de problematiek. De coördinatie van de bestrijding van de eikenprocessierups in Oost-Vlaanderen is toevertrouwd aan het Provinciaal Centrum voor Milieuonderzoek (PCM).
Het PCM geeft op basis van de opvolging van de ontwikkeling van de rups regelmatig aanbevelingen over de meest adequate bestrijdingsmethoden en de te nemen voorzorgsmaatregelen. De opvolging van de medische aspecten van de overlast van deze rupsen gebeurt door de afdeling Toezicht Volksgezondheid van Oost-Vlaanderen van het Vlaams Agentschap Zorg en Gezondheid. Gemeenten kunnen ondersteuning krijgen van de Medisch Milieukundigen van het Lokaal Gezondheidsoverleg (Logo).
De verspreiding van de rups werd door het PCM in kaart gebracht via jaarlijkse enquêtes bij de Oost-Vlaamse steden en gemeenten. De eikenprocessierups werd in 2007, in vergelijking met vorige jaren, op een veel grotere schaal vastgesteld in het oosten van de provincie Oost-Vlaanderen, eer bepaald in het Waasland.
Ook in de rest van Vlaanderen werd een toename vastgesteld. Dat is te verklaren door de ruimere aandacht van de pers als gevolg van de ernst van de aantasting in de provincie Limburg. Dat leverde in 2007, in vergelijking met vorige jaren, een veelvoud van meldingen van het voorkomen van de eikenprocessierups op. Naast deze grotere gevoeligheid voor de problematiek, heeft ongetwijfeld het warmere weer van de laatste jaren eveneens voor een verdere verspreiding van de eikenprocessierups gezorgd.
In 2007 werden in het oosten van de provincie Oost-Vlaanderen (vooral het Waasland) 1 167 meldingen van eikenprocessierups behandeld, waarvan 342 op openbaar domein en 825 op privaat eigendom en dit op 1 068 verschillende locaties. Een aantal locaties werd 2 tot 3 maal behandeld naarmate de eikenprocessierupsen afdaalden van de top van de bomen naar de onderste dikkere takken of de stam. Slechts 6% van deze locaties zijn gelegen in bosgebied. De eikenprocessierups komt dus in Oost-Vlaanderen voornamelijk voor in woongebieden, soms in landelijk gebied.
Het is zeer belangrijk na te gaan hoe de verspreiding van deze rupsen verder zal verlopen en of er in de provincie nieuwe locaties zullen bijkomen. Het PCM neemt niet enkel jaarlijks enquêtes af bij de gemeenten en steden over de meldingen van de eikenprocessierups, maar bezoekt ook de gemeenten en steden in het oosten van de provincie. Via een rechtstreeks contact met de lokale verantwoordelijken werd de in kaart gebrachte verspreiding van de processierups en de mogelijke aanpak van de bestrijding verder besproken. Bij deze plaatsbezoeken werd een volledig pakket van de actuele informatie over de eikenprocessierups aangeboden en werden de toe te passen voorzorgs- en beschermingsmaatregelen, evenals de manier van communiceren naar de bevolking en naar de betrokken terreinbeheerders, toegelicht. Bijzondere aandacht gaat naar de verschillende bestrijdingsmethodes.
preventieve aanpak
De bladbespuiting met de bacterie Bacillus thuringiensis in het voorjaar is een succesvolle preventieve maatregel. Om de hinder en de curatieve maatregelen (vnl. doodbranden) voor 2008 enigszins te beperken, werd aan de gemeenten een preventieve behandeling over de grenzen heen voorgesteld. Uit de huidige verspreiding van de eikenprocessierups blijkt dat verschillende kernen van aantasting zowel op openbaar domein als op private gronden voorkomen en dus een preventieve behandeling rechtvaardigen. De bestrijding blijft echter een gemeentelijke bevoegdheid en beslissing. Een aantal steden en gemeenten passen deze preventieve bladbespuiting met de Bacillus thuringiensis al toe.
De provincie zal de eikenbomen op de publieke plaatsen van het provinciaal domein Puyenbroek (parking en picknickplaats) preventief behandelen. Belangrijk te melden is dat de bestrijding van de rupsen enkel aangewezen is in bewoond gebied en langs druk gebruikte wegen en paden. Het hoofddoel van deze bestrijding is onder meer er voor te zorgen dat de hinder voor de bevolking tot een aanvaardbaar minimum wordt herleid.
In natuurgebieden wordt eerder aangeraden het gebied tijdelijk voor het publiek af te sluiten en de bestrijding via de natuurlijke vijanden van de rups (mezen, kevers, wantsen en sluipwespen, …) te laten verlopen.
aanpak in 2008
De provincie zal in 2008, zoals in 2006 en 2007, opnieuw eenzelfde monitoring- en waarschuwingsnet uitwerken én de steden en gemeenten tijdig op de hoogte brengen van de ontwikkelingsfases van de rupsen en de te nemen voorzorgs- en bestrijdingsmaatregelen. Half april 2008 slopen de rupsjes al uit het ei. Vanaf de week van 5 mei kon de preventieve behandeling worden gestart. De provincie wil in 2008 ook een logistieke ondersteuning uitbouwen die vergelijkbaar is met die van 2007, als de ernst van de aantasting van de eikenprocessierups van dezelfde orde zou zijn.(Rolf Duchamps)