Deputatie trekt streep door beleidsplan ‘Maak Ruimte voor Oost-Vlaanderen 2050’
REGIO. Lokale besturen, organisaties en burgers konden tot met woensdag 19 juli reageren op het ontwerp beleidsplan ‘Maak Ruimte voor Oost-Vlaanderen 2050’. Donderdagochtend boog de deputatie zich over de vele reacties. De conclusie was duidelijk: gezien het gebrek aan draagvlak van dit plan, rest enkel om de intrekking voor te leggen aan de provincieraad op 6 september.
De deputatie heeft van in het begin gesteld te zullen luisteren naar de signalen uit het veld, met name van de gemeentebesturen, en voegt vandaag de daad bij het woord. "Naast een aantal materiële fouten in het plan, worden er vooral veel vragen gesteld bij het detailniveau, de haalbaarheid en de financiële consequenties. Daarenboven stellen we vooral vast dat gemeenten zich in hun autonomie geraakt voelen. En dat willen we voor alle duidelijkheid niet: we willen net in een partnerschap met onze gemeentebesturen kunnen werken. Zonder draagvlak bij de gemeentebesturen is er van dat partnerschap geen sprake. Om de vertrouwensband tussen provincie en gemeentebesturen te herstellen, is het dan ook noodzakelijk dit beleidsplan in te trekken.", zegt gedeputeerde An Vervliet, bevoegd voor Ruimtelijke Planning.
Uit de reacties is ook naar boven gekomen dat er wel degelijk een visie nodig is over hoe er in de toekomst met ruimte moet worden omgegaan maar die visie moet er dan wel in overleg komen en mag niet opgelegd worden. "Uiteindelijk moeten we toch echt goed in gesprek gaan met de gemeentebesturen: niet opleggen maar overleggen. En vooral ook hun kennis van de situatie ter plaatse honoreren. Het is belangrijk om daar ruim voldoende tijd voor uit te trekken.", besluit eerste gedeputeerde Kurt Moens.
De deputatie blijft ook achter de uitspraak "Liever een goed en gedragen beleidsplan, dan een ‘snel’ beleidsplan" staan en dus zal er deze bestuursperiode dus geen nieuw beleidsplan komen. (mb)