Waar zijn er nog zwaluwnesten?
Zwaluwen zijn van oudsher het symbool van voorspoed en geluk, maar jaarlijks gaat hun aantal sterk achteruit. In vergelijking met enkele tientallen jaren geleden is de populatie bij de huiszwaluw in Vlaanderen met 75 % achteruit gegaan en bij de boerenzwaluw zelfs met 90 %. Er zijn in Vlaanderen verschillende soorten zwaluwen. In onze nabije omgeving zijn de huiszwaluw en de boerenzwaluw het best gekend. Daarnaast zijn er nog de oeverzwaluw, die hier niet broedt en de gierzwaluw, die eigenlijk geen echte zwaluw is. De huiszwaluw heeft een witte onderzijde en een glanzend zwarte bovenzijde met een witte onderrug. Ze worden dan ook weleens nonnetjes genoemd.
Momenteel verblijven ze nog in betere oorden. In de herfst maken ze een lange reis die wel eens duizenden kilometers kan bedragen. Na hun vertrek vliegen ze keihard door en halen wel een snelheid van 40 km/u zodat ze na een weekje al aan de Middellandse Zee zijn. Maar ze vliegen nog verder door over de zee en Saharawoestijn om te overwinteren ergens in het Zuiden van Afrika of Azië. Ze staan tijdens de tocht ook bloot aan tal van gevaren. Zo zijn er ook wel eens roofvogels die hen een lekkere hap vinden. Eten doen ze al vliegend.
Vanaf april zijn ze hier terug. En dan blijkt hoe trouw die zwaluwen zijn want ze komen hier naar hun zelfde nesten.
De huiszwaluwen bouwen hier nesten onder dakranden of tegen balken aan. Eigenlijk zijn dat mooie ronde bouwstukjes van gras, wortels, rietjes, veertjes alles aaneen gemetseld met modderballetjes. Het nest is helemaal gesloten met een kleine ingang, net groot genoeg om de vogel doorgang te verlenen. Of er vroeger een boerderij was waar geen zwaluwen thuis waren, betwijfelen we.
De ouderen herinneren zich zeker de herfsttijd waar de zwaluwen met honderden bijeen kwamen op de elektriciteitsdraden vooraleer te vertrekken naar het zuiden. Maar de elektriciteit werd ondergronds door de straten naar de woningen gebracht en de zwaluwen hadden geen steun meer voor hun pootjes.
Er zijn thans zo weinig huiszwaluwen dat de jeugd niet eens meer weet dat ze zo’n mooie gevorkte staart hebben, een blauwzwarte rug en een witte snuit en buik.
grote problemen
Neen, het gaat niet goed met ons zwaluwen. Natuurpunt wil er wat aan doen. De zwaluw heeft te kampen met tal van problemen. Het belangrijkste probleem is het tekort aan goede huisvesting. Vele boerderijen worden hygiënischer, grootschaliger en voor de zwaluw is het moeilijker om er te nestelen. Daarnaast is de zwaluw soms niet zo geliefd vanwege lawaai of vuiligheid. De burgers werden steeds meer en meer superzindelijk en ze spoten de nesten van onder de dakgoot weg omdat ze vonden dat ze te veel overlast bezorgden met de uitwerpselen. Er werd toen wel door de natuurvrienden aangeraden een plankje onder het nest te timmeren om zo de uitwerpselen op te vangen.
Het gebruik van insecticiden werd ook een vijand. En omdat veel landwegen werden geasfalteerd zaten ze ook in de problemen om hun nest te bouwen want op de onverharde wegen pikten ze modder of klei op om er, gemengd met speeksel, bolletjes modder van te maken voor de nestbouw.
Het was echt zonde om te zien hoe er steeds minder zwaluwnesten overbleven en niet te vergeten, dat een zwaluw wel 9 000 insecten per dag eet (elke dag meer dan haar eigen gewicht). Reeds twintig jaar geleden was de achteruitgang van de zwaluwenpopulatie alarmerend. Er werd toen door de leden van de “Jeugdbond voor Natuurstudie” een telling georganiseerd en een inventaris opgemaakt. De achteruitgang van deze trekvogel werd dramatisch genoemd. In 1991 circuleerden al cijfers die spraken van nog slechts 30.000 zwaluwen in onze kontreien. Half van de jaren tachtig waren er dat nog 300.000.
Natuurpunt, in 1991 “Linkeroever” genoemd als Werkgroep Natuurbehoud Linkeroever VZW”, werkte toen ook mee aan de zwaluwnesten te tellen op Linkeroever, Zwijndrecht en Burcht. Omdat er ook in 1981 reeds een telling was gedaan kon vergeleken worden. Zo bleek dat op tien jaar tijd de helft van de huiszwaluwenpopulatie verdween: 123 in 1981 en 54 in 1991.
De achteruitgang werd overal in Vlaanderen genoteerd. In dat jaar waren er in Zwijndrecht nog twee plaatsen waar er tamelijk drukke broedplaatsen waren: aan het station in de Fortlaan met zelfs 17 nesten. (Nu niks meer te zien) en aan de kazerne in Burcht waren er zelfs een 50-tal nesten.
In de jaren ’70 waren er ongeveer 30 koppels huiszwaluwen in de Burchtsestraat, Alfred Osstraat, een deel van de Verbrandendijk, Suikerdijkstraat en een deeltje van de Polderstraat. Toen er in 1991 op controle werd gegaan vond men er nog 8 nesten. En wat zou het anno 2010 zijn? Daar hoopt Natuurpunt WAL een antwoord op te kunnen geven wanneer wordt ingegaan op de oproep tot de inwoners om te noteren waar er nog zwaluwnesten zijn.
Wat in 2010?
Mits het in acht nemen van enkele kleine aandachtspunten, kunnen we de zwaluwen er weer bovenop helpen. Minder gebruik van insecticide, overblijvende modderplekjes om hun nest te bouwen, invliegopeningen in stallen, het laten hangen van oude nesten zijn allemaal maatregelen die zwaluwen helpen. Men kan ook vervangnesten hangen. Als men er een mestplankje onder hangt, hou je de boel ook proper.
Er zijn natuurlijk ook nog de boerenzwaluwen die grote van uitzicht zijn dan de huiszwaluwen. Naast hu staalblauwe rug hebben zij een rood voorhoofd en keel. Ze huizen in stallen en hebben een komvormig nest dat ze meestal op een richel of een steunbalkbouwen.
Net zoals er voor bijvoorbeeld mezen nestkasten bestaan, worden er kunstnesten gemaakt voor zwaluwen. Deze zijn gemaakt van duurzame materialen en bootsen zo natuurgetrouw mogelijk een echt nest na. In 2006 werden er in Beveren aan de dakrand van het Rijksarchief aan de Kruibekesteenweg aangebracht.
De Milieuraad biedt een groot aantal kunstnesten aan voor mensen waarbij de soort nu al broedt of recent gebroed heeft. Ook is er geld vrijgemaakt om een aantal mestplankjes te verdelen. De nesten hebben een waarde van 30 euro en de plankjes kosten normaal 10 euro. Men kan ze gratis gebruiken. Hiervoor moet men ook contact opnemen met Natuurpunt.
Wie een zwaluw of een zwaluwnest gezien heeft kan het doorgeven aan Natuurpunt Wase Linkerscheldeoever (Statiestraat 74 Zwijndrecht) op 03.722.15.32 of Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. (Rolf Duchamps)