Moerbeke wil bosuitbreidingsgebied beschermen
MOERBEKE. Tijdens de gemeenteraadszitting van 24 juni bracht raadslid Lut Van de Vijver (Anders) de problematiek ter sprake rond recreatiegebied Achterdreef. Zij hoopt dat het Moerbeeks gemeentebestuur er alles zal aan doen om dit te laten beschermen als bosuitbreidingsgebied.
Dit betreft een strook, die zowel volgens het Gewestelijk als volgens het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan een verbinding zou worden van het Wullebos (Stekene/Moerbeke) met het Heidebos (Wachtebeke/Moerbeke).
Een belangrijk deel van het tussenliggend recreatiegebied is reeds verworven door een projectontwikkelaar. De wegen aldaar, onverhard, zonder riolering en elektriciteitsnet, voldoen nochtans niet aan het criterium "uitgeruste weg". Om die reden kan hier volgens de wetgeving geen stedenbouwkundige vergunning afgeleverd worden. Toch zijn er reeds vier buitenverblijven opgetrokken, waarbij de Bestendige Deputatie van Oost-Vlaanderen afgeweken zou zijn van deze wetgeving.
Burgemeester Marin bevestigde dat het gemeentebestuur, in tegenstelling tot sommige naburige gemeenten, correct de procedures wil blijven volgen. Reeds begin 2008 richtte hij een brief aan minister Van Mechelen om het probleem aan te kaarten. Daarbij stelde hij de vraag hoe groot eventuele planschade zou zijn, en wie deze desgevallend zou moeten betalen: de gemeente, de provincie of het gewest? Tot op heden is er nog geen reactie van de minister ontvangen. De burgemeester benadrukte, dat hij blijft wachten op een schriftelijk, eenduidig antwoord. Ondertussen worden aan de vier buitenverblijven geen huisnummers toegekend, en worden er ook geen elektriciteits- en watervoorzieningen aangelegd.
Schepen van Financiën Thierry Walbrecht voegde hieraan toe, dat het enorm belangrijk is om de procedures correct te volgen. Grootste risico is volgens hem niet de planschade, wel eventuele claims voor de rechtbank wegens winstderving. De grondwaarde voor bosuibreidingsgebied zou ongeveer 50 BEF/m² bedragen, maar ondertussen zou de fiscus reeds rechten geïnd hebben, gebaseerd op de waarde van recreatiegebied, zijnde 300 à 400 BEF/m². Claims op basis van dergelijke waardeverschillen zouden, gezien de grote oppervlakte, miljoenen euro kunnen bedragen. jdw