Zwijndrechtenaar Twan Meiresonne maakte wandeling van 5100 km

ZWIJNDRECHT. De Zwijndrechtse wandelaar Antoine Meiersonne heeft dit jaar een wandeling gemaakt van meer dan 5000 km. Met de glimlach noemt hij het zelf een "wandelingske". Alhoewel hij van 20 maart 2004  tot 9 juli 2004 toch op stap was! De bedoeling was de kandidatuur als Europese Culturele hoofdstad van G?z, een stad aan de Neisse op de grens met Polen, helpen dragen. En dat door het te voet overbrengen van ondersteuningsboodschappen die hij van de jongste Vlaams culturele hoofdstad Brugge maar ook zijn gemeente Zwijndrecht mee kreeg.

De idee groeide in 2002 toen hij een tocht maakte van A  tot Z of van Antwerpen naar Zgorzelec in Polen. Onderweg werd hij aangesproken door iemand wiens zuster de culturele ambassadrice was van G?tz/Zgorzelec. Die zag in de tocht van Twan een manier om het verhaal de stad G?tz/Zgorzelec, 1 van de Zipfelsteden, te promoten. Ze is kandidaat Culturele hoofdstad van Europa 2010. Hij beloofde het te zullen doen.


Bovendien was het ook zijn bedoeling om als eerste mens ooit, te voet de 4 Duitse Zipfelsteden met elkaar te verbinden in 1 trek. Maar dat was nog niet alles. Hij wou dat doen langs buiten uit, via de landen die Duitsland omringen.


Hij stapte 5100 km aan een gemiddelde van ongeveer 45 km per dag en volgde daarbij enkel de wandelwegen. Dat zijn de zogenaamde GRs  of Grote Routepaden. Er lopen er zo 2 door Zwijndrecht. Vele van deze GRs zijn beschreven in topogidsen, met opgave van precieze afstanden tussen opeenvolgende tussenpunten. Op die manier wist hij de juiste afstand die hij aflegde. Maar die wandelwegen doen de meeste natuurgebieden en bezienswaardigheden in hun omgeving aan. Rust, natuur en ontdekking waren gegarandeerd. Er zijn dus naast de E-autowegen ook E-wandelwegen. Zo loopt de E1 bijvoorbeeld van de poolcircel tot zuid Itali?n de E10 vanuit Noord-Duitsland over Tsjechi?n Oostenrijk naar zuid Spanje.


Soms was het noodzakelijk dat hij lokale wandelwegen volgde of maakte hij gebruik van stafkaarten om zijn route te plannen door zoveel mogelijk natuurgebied. De wandelwegen lopen ook dikwijls over paden die zelfs op de stafkaarten niet terug te vinden zijn. Als de markering dan fout loopt, stapt men vlug verkeerd. Twan Meiresonne vertelde dat hij gemiddeld om de twee dagen eens van het rechte pad verwijderd geraakte. Met een staf- of wandelkaart in de hand, en een kompas, was het dan een koud kunstje om terug op het goede pad te geraken.
Antoine Meiresonne is een rasechte wandelaar en elk jaar maakte hij een overlevingstocht van een paar dagen in de Ardennen. Hij trok naar de grote tochten zoals dodentochten  en stapte er een tiental mee. Hij wandelde bijna steeds de 100 km af in minder dan 12 uren. Toen hij dat beu werd vertrok hij in 1999 voor een wandeltocht rondom Belgi?In 2000 wandelde hij tot in Bretagne langs de Atlantische kust. In 2001 trok hij noordwaarts, tot in het noorden van Jutland en in  2002 wandelde hij dus tot in Polen. Voor het eerst sleurde Twan toen een tent mee omdat hij al een paar keren 's nachts door de regen verrast was terwijl hij onder de blote hemel lag te slapen. Dan kwam 2003 om via een omweg  langs het Centraal Massief, C?nnes, Haute Languedoc en de Pyrenee?van oost naar west naar Santiago de Compostella te stappen of 3.200 km. 


Zijn tocht 2004 was uiteraard de zwaarste opdracht die hij reeds stapte. Vooral in de bergen was het hard. Echte wandelwegen zijn daar niet veel. De markeringen staan geschilderd op stenen en rotsen. Vanaf 1200 lag er echter sneeuw in de Alpen. Daarbij moest hij een rugzak van meer dan 20 kg meesleuren. Antoine deed een beklimming altijd aan een stuk, zonder rusten. Dikwijls 3, 4 uur aan een stuk. Het is een kwestie van het gepaste ritme zoeken. Op zijn traject door de Alpen deed hij minstens 1 alpencol per dag. Maar er waren ook dagen dat hij er twee voorgeschoteld kreeg. En ook dat lukte omdat hij toen al 3000 km in de benen had en goed was afgetraind.
Slapen deed hij veelal in een tentje in het wild. Dikwijls ook wel op een camping en in een jeugdherberg. In de Zipfelsteden kreeg hij een hotel ter beschikking. Om de drie dagen moest hij wel zijn wandelkleren kunnen wassen en zichzelf waste hij waar het mogelijk was. Deed hij dat niet dan hoorden ze hem niet komen, dan ruikten ze hem komen.


Meiresonne is afkomstig van Evergem, op de grens van het Meetjesland. Sinds 1992 woont hij in Antwerpen maar vorig jaar trok hij bij zijn dochter in die in Zwijndrecht een huis had gekocht.


Wandelaar Meiresonne heeft prachtige herinneringen over gehouden aan zijn tocht. De prachtige duinenstroken en natuurreservaten in Nederland. De kilometers lange dijken tussen zee en polders. De zeehonden in de Waddenzee. De doortocht tussen de meren en verdedigingswerken van de Vikings in Schleswich-Holstein. Wandelen op de deprimerende restanten van het IJzeren gordijn. De perfect gemarkeerde wandelwegen door het bergland van Tsjechi?Praag! Salzburg! De ontroerende en onbevattelijke schoonheid van de Alpen. De doortocht door het Zwarte woud. Het feit dat hij kon drinken aan de bron van de Donau en 48 uur later kon zwemmen in de Rijn!
Twan heeft alles opgeschreven in een dagboek en dat is hij nu aan het uitwerken in een boek. En de wandeltoekomst? Hij wil de tocht naar Compostella nog eens overdoen maar dan wel via een andere route in Frankrijk. De weg die hij al volgde is maar voor 40 procent mooie wandelweg. Nu wil hij een totaal eigen route, op basis van stafkaarten, door het bergland van Baskenland en noord Spanje. (F)